Met zijn voortdurende evolutie is de Nederlandse taal werkelijk prachtig. Laten we vandaag stilstaan bij enkele oude Nederlandse woorden die bijna in de vergetelheid zijn geraakt.
Bij het reizen door Nederland, het bezoeken van vrienden uit verschillende provincies of zelfs het kijken naar een aflevering van Boer zoekt Vrouw, kun je in aanraking komen met woorden die mogelijk nieuw voor je zijn.
Doe eens een praatje met oma terwijl ze met haar vriendinnen aan het klaverjassen is. Vooral ouderen gebruiken graag de taal van vroeger.
Niet omdat ze star zijn, maar omdat deze woorden in hun geheugen gegrift staan en soms gewoon heel vermakelijk zijn.
Terwijl we deze oude woorden herontdekken, duiken er voortdurend nieuwe op die aan de Nederlandse woordenschat worden toegevoegd, zoals ‘tentsletje’ uit 2010 of het inmiddels bekende ‘sjoemelsoftware’.
In 2021 waren woorden zoals ‘knaldrang’ en ‘tegelwippen’ behoorlijk populair. Deze nieuwe toevoegingen zorgen echter voor een levendige taal en een frisse wind in onze communicatie.
Het verdwijnen van oude woorden vinden wij jammer. In dit artikel duiken we in vergeten woorden die niet meer gebruikt worden. Benieuwd welke van deze woorden jou nog bekend in de oren klinken.
– “Saffiaantje” was een term voor een sigaret of sigaar.
– “Slabakken” betekent treuzelen.
– In België heeft “slabakken” een andere betekenis.
– Vroeger werd een chique dame aangeduid als “Dame du ton”.
– Elke vriendengroep heeft wel een “geldgier”.
– Het is heerlijk om af en toe de “huisduif” uit te hangen.
– Vroeger noemde men iemand die snel liep “ijlebenen”.
– Elke mannengroep heeft een “vuilbaard”.
– “Schendekeuken” gaat over mensen die veel eten en drinken maar niet aankomen.
– Een “zuurmuil” is iemand met een gezicht op onweer.
– Een “gladbek” is iemand zonder goede baardgroei.
De Nederlandse taal evolueert voortdurend, maar het is belangrijk om de prachtige woorden uit het verleden te koesteren. Laten we deze vergeten woorden nieuw leven inblazen en ze weer deel laten uitmaken van ons dagelijks taalgebruik.