Jeroen, 37 jaar oud, is boos. Echt boos. Zijn ouders hebben iets gedaan dat voor hem onacceptabel is: ze hebben zijn kind meegenomen naar McDonald’s, iets wat hij totaal niet had zien aankomen.
De actie wordt door Jeroen als een harde klap ervaren, ondanks dat het voor sommige mensen als onschuldig gezien kan worden.
Hij had bewust besloten om zijn kind geen vlees of zuivel te laten eten, dus begrijpt hij niet waarom zijn ouders die keuze compleet hebben genegeerd.
“Mijn kind krijgt geen vlees of zuivel, en dan nemen jullie hem mee naar een fastfoodrestaurant?!” uit Jeroen zijn frustratie.
Voor Jeroen is een plantaardige levensstijl niet zomaar een keuze, het is een fundamenteel onderdeel van hoe hij zijn leven leidt en hoe hij zijn kind wil opvoeden.
Naast het feit dat ze aanboden om op hun kleinkind te passen, werd dit ook uitvoerig besproken met zijn ouders.
Voor Jeroen voelt het handelen van zijn ouders nu als een grote inbreuk op zijn ouderlijke beslissingen.
“Het gaat niet alleen om wat hij heeft gegeten,” verklaart Jeroen. “Het draait om respect, respect voor de waarden die ik belangrijk vind en hoe ik mijn kind wil grootbrengen.”
Voor hem gaat het dus niet alleen om de consumptie van vlees en zuivel, maar vooral om het gevoel dat zijn ouders niet ernstig genoeg omgaan met zijn opvoedingskeuzes.
Dit incident heeft geresulteerd in een breuk in het vertrouwen tussen Jeroen en zijn ouders. Hoewel hij wil dat ze betrokken blijven bij het leven van zijn kind, twijfelt hij nu aan hun geloofwaardigheid als oppas.
“Als ze zich nu al niet aan de afspraken houden, hoe weet ik dat dit niet opnieuw gebeurt? Ik wil mijn kind niet opnieuw in zo’n situatie brengen.”
In een dilemma zit Jeroen. Hij hecht grote waarde aan de band met zijn ouders, maar staat vast in zijn opvoedingsstandpunt betreffende zijn zoon.
“Ruzie vermijden is mijn doel, maar ik kan dit standpunt niet zomaar opgeven. Dit is voor mij een kwestie van principes.” Hij vreest tevens voor mogelijke verwarring bij zijn zoon.
“Hoe kan hij dit begrijpen? Thuis vermijden we vlees en zuivel vanwege gezondheidsredenen, en dan krijgt hij opeens bij McDonald’s precies dat wat wij niet willen.”
“Ik wil dat ze begrijpen dat mijn opvoedingskeuzes onwrikbaar zijn. Als ze verder willen oppassen, moeten ze de spelregels volgen.”
Overwegend hoe hij communiceert als ouder, heeft het incident Jeroen aan het denken gezet. Hij overweegt: “Misschien moet ik duidelijker zijn over wat ik verwacht.”
Hij deelt: ‘‘Ik dacht dat mijn ouders het wel zouden begrijpen, maar blijkbaar moet ik sommige dingen explicieter maken.”
Ervoor kiezend om zijn communicatie te verbeteren, erkent Jeroen de noodzaak om grenzen te stellen.
Jeroen overweegt: “Als dit nog een keer gebeurt, moet ik misschien besluiten om ze niet meer te laten oppassen. Ik wil niet dat mijn kind opnieuw in zo’n situatie terechtkomt.”
Voor Jeroen gaat het niet alleen om een klein misverstand, maar om veel meer: respect, vertrouwen en het welzijn van zijn kind.
“Er wordt benadrukt dat de opvoeding van hun zoon van groot belang is.”
1. Jeroen legt uit dat het geen simpele vergissing is en dat het om de opvoeding van zijn zoon gaat.
2. Hij wil niet dat zijn kind opnieuw in een dergelijke situatie belandt.
3. Om in aanmerking te blijven komen voor oppassen, moeten ze de regels naleven.
4. De gebeurtenis heeft geleid tot een breuk in vertrouwen tussen Jeroen en zijn ouders.
5. Jeroen is boos dat zijn ouders met zijn zoontje naar de Mac zijn gegaan!